Czeslaw Milosz |A Poem for the end of the century
Click To Frontpage

 International 

Political Newsreview
The Amsterdam Post 
European docs

Handelingen Tweede Kamer
Verdrag van Nice
22 November 2001
ONGECORRIGEERD STENOGRAM 
(aan dit verslag kunnen geen rechten worden ontleend)

Bijdrage van de heer Verhagen (Kamerlid CDA), plus interrupties

De heer Verhagen (CDA): Mevrouw de voorzitter. Het Verdrag van Nice zou de EU klaar hebben moeten maken voor de uitbreiding en het zou hebben moeten zorgdragen voor een slagvaardiger, democratischer en transparanter Europa. Het moet mij van het hart dat de leftovers weliswaar formeel zijn geregeld en dat door middel van uitbreiding van de meerderheidsbesluitvorming de Unie op een aantal punten een slagvaardiger besluitvormingsstructuur heeft gekregen, maar voor ons is toch de vraag of met dit verdrag de Unie werkelijk naar behoren is voorbereid op de uitbreiding. Daar hebben wij grote twijfels over. Met het Verdrag van Nice is de Unie zeker niet democratischer of transparanter geworden.

De staatssecretaris gaf zelfs tijdens het wetgevingsoverleg aan dat de transparantie niet is gelukt en niet is gediend met de gekozen besluitvormingsstructuur. Hij stelde daarbij echter ter verdediging dat de huidige besluitvormingsstructuur ook al niet te volgen is. Dat is nu precies de reden dat het Verdrag van Nice op het punt van de transparantie en inzichtelijke besluitvorming wijzigingen had moeten brengen, die voor de burger inzichtelijker maken wat Europa betekent. Daarover gaat het in de discussie over het verkleinen van de kloof tussen Europa en de burger. Het gaat om het beëindigen van die situatie dat Europa een ver-van-mijn-bedshow is. Als de burgers niet begrijpen hoe besluiten tot stand komen, zal het een ver-van-mijn-bedshow blijven. Hoe vaak de regering ook zegt dat Nice een succes is geworden en dat met Nice de Unie klaar is voor de uitbreiding, het blijft een buitengewoon mager resultaat: een beetje besluitvaardiger en de formele beletsels zijn inderdaad weggenomen. Dat zijn dan de pluspuntjes.

Bij de meerderheidsbesluitvorming zijn nog een aantal kanttekeningen te plaatsen. Het grote minpunt voor ons blijft dat een zeer beperkte voortgang op het gebied van asiel en migratie is geboekt. Er is ook nog steeds sprake van unanimiteit bij de structuur- en cohesiefondsen. Er zijn wijzigingen aangebracht in de milieuparagraaf, die naar onze mening juist tot meer unanimiteit aanleiding zullen geven en dus ook tot minder besluitvorming op deze belangrijke Europese agenda. Wij hebben hierover van gedachten gewisseld tijdens het wetgevingsoverleg, maar dat laat onverlet dat deze minpunten blijven.

De CDA-fractie heeft er tijdens het wetgevingsoverleg goede nota van genomen dat de staatssecretaris denkt dat het mogelijk is om het onderwerp meerderheidsbesluitvorming, inclusief codecisie voor het Europees Parlement, weer aan de orde te stellen tijdens de komende IGC. Ik wil op dit punt niet alleen in herinnering roepen de motie die ik met een aantal andere collega's eerder naar aanleiding van de Top van Nice heb ingediend en die ook is aanvaard, waarin juist een actieve inzet van de regering werd gevraagd. Nu de staatssecretaris tijdens het wetgevingsoverleg enigszins is opgeschoven, maar nog steeds onvoldoende de garantie heeft gegeven dat dit echt de inzet zal zijn van de regering, dien ik mede namens de collega's Vos, Timmermans, Scheltema-de Nie en van Baalen de volgende motie in.

*M

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat meerderheidsbesluitvorming inclusief codecisie in het Verdrag van Nice op een teleurstellend aantal artikelen is doorgevoerd;

van mening dat invoering van gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming op een groter aantal onderwerpen een plaats op de agenda van de volgende IGC dient te krijgen;

roept de regering op, zich daadwerkelijk in te zetten om gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming inclusief codecisie op de agenda voor de volgende verdragswijziging te krijgen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter: Deze motie is voorgesteld door de leden Verhagen, M.B.Vos, Timmermans, Scheltema-de Nie en van Baalen.

Zij krijgt nr. 10 (27818).

De heer Verhagen (CDA): Voorzitter. Deze motie legt dus ook heel duidelijk de link tussen de meerderheidsbesluitvorming en de codecisie. Op dat punt is het resultaat van Nice nog het meest teleurstellend. Op een aantal terreinen is die meerderheidsbesluitvorming doorgevoerd, maar die is niet in alle gevallen gevolgd door de codecisie. Wij vinden dat een kwalijke ontwikkeling. Als de meerderheidsbesluitvorming niet wordt gekoppeld aan de codecisie, ontstaat een situatie waarin niet alleen het Europees Parlement buitenspel staat, maar ook de nationale parlementen omdat zij hun mogelijkheid van beïnvloeding verliezen. Een lidstaat kan in dat systeem van meerderheidsbesluitvorming namelijk overstemd worden. Dus ook op dat punt verwachten wij van de regering een nadrukkelijke inzet. Op de post-Nice-agenda zouden de democratisering van de Europese besluitvorming en de legitimatie, maar ook de taakverdeling van de Europese Commissie en de Raad aan de orde moeten komen. Dat geldt ook voor onderwerpen die buiten de orde zijn gebleven, zoals de budgetcontrole op de verplichte uitgaven voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid. Op deze punten is de democratische controle nog steeds niet goed geregeld op het Europese niveau.

Wij zijn teleurgesteld over de inzet van de regering, die nogal mager is te noemen, om zich sterk te maken om de zetel van het Europees Parlement te koppelen aan één plaats, namelijk Brussel, conform de moties van de leden Weisglas en Verhagen.

Tijdens het wetgevingsoverleg kregen wij de indruk dat de regering die inzet slechts voor de vorm heeft opgebracht, maar dat zij, toen de applausbarometer aangaf dat het zinloos was, haar pogingen snel heeft gestaakt. Ik zou de staatssecretaris willen vragen op welke wijze hij, in de aanloop ook naar komende IGC's, deze geldverspillende verplaatsingen van het Europees Parlement aan de orde wil stellen. Daarbij kan het niet slechts gaan om het opgeven van een eerdere inzet op het moment dat de applausbarometer een te lage stand aangeeft. Misschien lag dat slechte applaus juist ook aan de motivatie en de inzet waarmee het onderwerp aan de orde is gesteld.

De vraag of wij moeten instemmen met dit verdrag, is een vraag die mijn fractie uiteraard heeft beziggehouden. Wij hebben een aantal minpunten gesignaleerd en die heb ik hier ook geschetst; ook is er een aantal positieve elementen. Wij menen dat er een soort minimumformule is gevonden, waarbij het voor de lidstaten aanvaardbaar is om voort te gaan met de uitbreiding. Uiteindelijk is dat voor ons het doorslaggevende aspect geweest, niet alleen in de beoordeling van het Verdrag van Nice, maar ook in de beoordeling van de inspanningen van de diverse lidstaten. Deze hebben zich geconcentreerd op de minimumformule, zonder te kijken naar datgene wat werkelijk nodig is om de Unie democratischer, transparanter en slagvaardiger te maken.

Welnu, met alle negatieve kanttekeningen is het wel zo -- dat heb je als parlementaire fractie ook te beoordelen -- dat als het Verdrag van Nice niet aanvaard wordt, je in feite te maken hebt met het Verdrag van Amsterdam. Dat is de realiteit en dat betekent een Unie waarin de formele obstakels voor de uitbreiding nog steeds gelden en waarbij de Unie nog minder slagvaardig zou kunnen optreden. In dat geval zou je inderdaad de vergelijking kunnen maken met een half leeg of een half vol glas, hoewel ik eigenlijk van mening ben dat het hoogstens een kwart vol glas is en dus een voor driekwart leeg glas. Wij kiezen echter uiteindelijk toch maar voor dit kwart volle glas en daarmee voor de goedkeuring van dit verdrag.  

 

 


Updated, zondag 26 januari 2003
Today is The Day...

...AP Online
 

(Colofon)
hosted by
Hosted by XS4ALL

Go to The Top

© Layout 

mailto:

The Amsterdam Post

The Amsterdam Post

Only Words
Only Wordy
Only Worthy
Free